Oh dierbaar Biergeekland...

of: "Kijk ons ne keer hip zijn jom!"

Iedereen heeft wel zo'n nonkel, bompa of Bobonne. Zo eentje die de tijd nog heeft meegemaakt toen de waterleidingen van lood gemaakt waren, er 110 volt uit de pries kwam en men nog schande sprak van een ontblote enkel. Zo'n Bobonne die, zoveel jaren na haar eigen glorietijd, met vicarisch plezier kon gadeslaan hoe de jeugd van nu in haar plaats plezier ging maken en de nachten ging onveilig maken.

Wat ons Bobonne echter maar moeilijk scheen te begrijpen, was dat plezier er door de decennia heen stilaan helemaal anders is gaan uitzien dan in haar eigen belle époque. De jonkheid gaat niet meer naar bals of Thé dansants, en verliest zich niet langer in de duizelingwekkende roes van de charleston onder de zwoele, rokerige begeleiding van een ragtime band, met coupkes champagne en sigaretten in ivoren houders. En hoewel je't haar uitlegde, begreep ze niks van al dat nieuwe gedoe, met deejays en shotjes en zundays en Tomorrowlanden en modderige festivalweien en godbetert lauw bier in plastieken bekerkes.

 

Toen


Nu


"Amuseert u maar vanavond, schattekes. Hoe heet dat, wat de zjeugd tegenwoordig doet? Den Twist is dat toch he? Elvis, daar luisteren jullie nu toch naar he? Kom, hier is twintig frank drinkgeld, dan kunt g'uw joffer trakteren op ne mimosa."

Ah. De Bobonne. Ze bedoelde 't allemaal zo goed, maar wat stond ze, in tijd en waarnemen, mijlen- en jarenver weg van wat er werkelijk gebeurt, hier in het hier en nu.

Tot zover de nostaliische prelude. Hou'm in't achterhoofd, want het is het enige milde, zalvende, vergevingsgezinde wierookwolkje dat ik over onderstaande wil draperen.

Odoo image and text block

Ypra 6% is een reboot, en zoals wel vaker gebeurt moet je er vooral niet teveel van verwachten. Nu herinner ik me de oorspronkelijke Ypra (*) nog zeer levendig, en had ik dus wel degelijk zeer gespannen verwachtingen van deze krampachtig hippe reboot. Was ik teleurgesteld? Om kort te gaan: eigenlijk niet. De Ypra 6% die ik proefde was eindeloos correcter dan de 7% die ik een paar maanden terug onderging, maar het blijft zo'n typisch belgisch hoppig bier dat naar middelmatige blondjes smaakt, en naar Saaz en Styrian goldings. Niet vies, maar als dat al de maatstaf moet wezen zijn we diep gezonken.

*) bij mijn weten de enige belgische blonde waarvan menigeen beweert dat het een tripel zou zijn maar die naar een overgekruide weizen smaakt.



En daarmee zit het smaaksensorische gedeelte van deze review er alweer op. Wie niet in de rant geïnteresseerd is, heeft waar hij/zij/hun voor gekomen is: een inwisselbare beschrijving van een inwisselbaar bier. Zo kan het dus ook, blijkbaar.

De enige reden dat ik het flesje uit zijn 6-pack sleurde(*) was vanwege de boude stelling op het achteretiket. Hou je vast, want vanaf hier begon mijn bespreking al luidop in mijn hoofd, nog voor ik het flesje in mijn kar had gelegd.

*) want ik vertik het om dit soort bieren per meer-dan-één-stuk aan te schaffen en dan ben ik al héél genereus geweest. Srsly: een heel sixpack? Hiervan? Wie doét zoiets?

Nee Bobonne. Wij dansen geen chachacha


Nee Bobonne. Wij vragen geen juffrouwen ten dansch terwijl de saxofonist een nieuwe rietje snijdt.


Nee Bobonne. Wij steken geen corsage meer op onze rever.

Niémand(*) zegt "In biergeekland". 


*) behalve de familie Vander Ghinste blijkbaar. Je mannelijke stamboomlijn consequent Omer blijven noemen doet blijkbaar wat met je realiteitszin.


"In biergeekland" zeggen is het equivalent van "jullie soort" zeggen minderheidsgroepen, en dan verbaasd staan wezen als ze je met de nek aankijken.

"In biergeekland" zeggen is zo mogelijk nog méér cringe dan de leraar Latijn die tijdens de speeltijd van 10 uur de groepschat binnenvalt met de woorden "eewah dreiries alles kits achter de rits OMG foqqing grammatica sebiet en kben nog lijp van gisteren YOLO yowkes tsjaawkes baaikes tsjallaas!"

"In biergeekland" zeggen is een onderschrijving van je eigen creatieve bankroet, in een krampachtige, meelijwekkende poging om hip en jong gevonden te worden. Het is even plaatsvervangende-schaamte-opwekkend schaamteloos als een vieze ouwe man die in zijn veel te kleine padvindersuniformpje naar een scoutsfuif gaat om met de kindjes te gaan spelen, denkende dat niemand hem zo zal doorhebben.

"In biergeekland".
Waar daffoq denken jullie zelfs dat dat is? Waar hàlen jullie zoiets mallotigs als "biergeekland"? Welke wereldvreemde marktonderzoeker heeft jullie dat ingefluisterd, en hoeveel heeft die oplichter jullie gekost?

"Biergieks, je moet ze mij niet leren kennen zenne, Omers!"

Niémand zegt "In biergeekland", en hoe vaker ik het hier typ en in mijn hoofd in almaar meer overdreven klemtonen declameer, hoe onzinniger het klinkt, en hoe meer ik ervan overtuigd geraak dat jullie werkelijk geloven dat "In biergeekland" écht op één of andere manier jullie bier van magische kwaliteiten voorziet die het zonder niet zou gehad hebben.

Een beetje zoals ze bij AbInBevSabMillerCoors geloven
dat als je een homeopatische hoeveelheid Cascade in een Leffe pleurt,
het plots een IPA wordt.

Ik stel me plots een winkelrek voor met zeventien identiek gebrouwen Ypra's, allemaal met een gelijkvormig label dat enkel in de kleuruitvoering verschilt.


  • "In biergeekland zouden ze dit een stout noemen"


  • "In biergeekland zouden ze dit een geuze noemen"


  • In biergeekland zouden ze hier 5 Untappd sterren aan geven en veel centjes voor betalen"

En als je dan dacht dat "In biergeekland" het ergste was wat er op dat etiket staat, beweren ze nog eens dat "ze" dit bier een NEIPA zouden noemen.

Ypra, voor wie ook maar enigszins nog zou twijfelen, heeft evenveel met een NEIPA te maken als beer geeks met de zinsnede "in Biergeekland".
Ypra is een middelmatig blondje, met de typische kruidige hoppigheid die maakt dat elk middelmatig blondje hetzelfde smaakt. Saaz en Styrian dus.
Niks geen citrus, geen juiciness, geeneens een vermoeden van haziness, en niet eens hoppig genoeg om een gewone IPA te mogen heten. De website belooft bessen en citrus en sinaas en pompelmoes maar je krijgt gewoon weer diezelfde bek vol kruidige euro-hop.

"Vijf verschillende hopsoorten" belooft Omer-de-Toevallig-Ook-de-Vijfde ons, maar welke de andere drie nog zouden ook mogen zijn, de dosering lijkt zó uit het recept van Leffe IPA gecopieerd: je proeft er geen grammetje van. Niet eens een vermoeden of een hardgeprobeerde allusie nadat je al dat lekkers op hun website hebt gelezen.

Wie heeft die mensen in hun oor gefluisterd dat wie-dan-ook dit een IPA, laat staan een NEIPA zou durven noemen? Hebben ze bij Vander Ghinste last van diezelfde teergevoeligheid die zovele gezinnen ervan weerhouden heeft aan dochterlief te bekennen dat het schattig is dat ze durft te zingen in't openbaar, maar dat het daarom nog geen idee is om deel nemen aan Belgium's Got Talent?

"Ik kan wél zingen en wie ben jij om het tegendeel te durven vinden?"

Nu ben ik de eerste om te onderstrepen hoe wazig(*) NEIPA als stijlomschrijving is, zélfs “in biergeekland”. De ene geek eist dat zijn NEIPA vooral troebel is, de ander weent bitt’re(°) tranen wanneer hij een vermoeden van bitterheid in zijn NEIPA vindt, en voor de meeste biergiekenaren kan het allemaal niet fruitig en juicy genoeg, maar als puntje bij stijldefiniërend paaltje komt zijn maar weinig zelfverklaarde NEIPA’s ook wérkelijk die naam waardig. 


*) see what I did there?

°) twice?

Odoo image and text block

Zum beispiel:

Deze zelfverklaarde DIPA, die overigens ook gewoon zomaar op 't schap van een niet nader genoemde Nederlands supermarktketen te vinden is, is méér NEIPA dan sommige zelfverklaarde NEIPA's, en sowieso eindeloos veel meer dan Ypra 6, wat ze er in biergeekland ook van mogen beweren.

Ik zet er graag nog eens een aparte boom over op, maar laten we’t erop houden dat de meeste NEIPA’s voor de meeste beergeeks steevast niet NEIPA genoeg zijn. Maar over één ding zijn de meeste inwoners van “biergeekland” het wél eens: een NEIPA moet een biergeworden manifestatie van fruitige hop-aroma’s zijn.

En op geen enkele manier te verwarren zijn met een kruidig belgisch blondje.



"In biergeekland", lieve Omers, zouden ze jullie vierkant in het gezicht uitlachen met jullie potsierlijke stelling dat iemand, laat staan de beergeeks zelf, jullie timide blondje een NEIPA zou noemen, en niet eens alleen omdat jullie stelling begint met "in Biergeekland".
Dit bier een NEIPA noemen verraadt al vóór de eerste slok jullie schaamteloos opgeplakte valse hipsterbaard, en jullie Bobonnesque(*) ontheemdheid van de werkelijke wereld die zich buiten jullie bestuurskantoren bevindt.

°)  zeg nu zelf: als dat geen woord is, moet het er toch dringend eentje worden, niet? Wanneer is die jaarlijkse woord-van-het-jaar verkiezing ook alweer?

Het is het equivalent van een undercoveragent met een blinkend nieuwe leren vest en een designerzonnebril en een Aprillia Typhoon die op een bikerbende afstapt met de woorden "Hey bro's hebben jullie van die lekkere illegale drugs in jullie bezit en indien ja, kunnen jullie dat dan even luid en duidelijk in dit microfoontje zeggen allé nee ik bedoel gewoon tegen mij want ik ben compleet legit kwa en zeker niet undercover of zo ah nee kijk want ik rook een saf en ik drink en ik vloek en dingen en al".

Dit bier een NEIPA noemen is een aanfluiting, een krankzinnig ontkennen van de werkelijkheid dat dit bier gewoon een typische blonde is, en dat jullie geen centimeter voeling hebben met de huidige tendenzen in jullie eigen marktgebied. NEIPA is al bijna weer out the door(*), en daar zijn de Grote Jongens eindelijk, die ergens op Wikipedia hebben gelezen dat NEIPA "veel hop" bevat en dus als enige logische conclusie hadden dat hun blondje-met-wat-hop dus best voor een NEIPA kan doorgaan. Wat weten die daar tenslotte van, ginder "in Biergeekland"?


*) oh en geloof me dat ik zal staan juichen als't zover is maar die rant hou ik voor een andere keer

Keer op keer vallen de middelgrote tot grote brouwers door de mand wanneer ze weer eens een lachwekkende poging ondernemen om hip en innovatief te wezen.
Oh is stout een ding? Dan komt Van Steenberghe met iets dat donkerbruin is, vol aroma’s en karamel zit, en met roze koontjes glundert dat het “ook een echte stout” is.
Oh is IPA (°) een ding? Dan zetten die van AbInBevSabMillerCoors wat gouden hopbelletjes op het etiket, mummelen we wat over dryhopping en noemen we ‘t een Belgian IPA.

°) steevast uitgesproken als “iepaah” want “aipiejeej” klinkt zo vreselijk biergeeklanderig.

Oh en nu weer NEIPA of wat? Ja dan zeggen we toch gewoon lekker dat de beer geeks dat zélf zo noemen? Moeten we niet eens moeite doen om te gaan proeven waarover we’t hebben.

Ik zag ze doodgraag, ons Bobonne. Zelfs als ze dingen zei als “Allé, de jeugd doet toch allemaal een schoon kostuum aan als ze gaan dansen?”. Ons Bobonne had die tijd namelijk nog meegemaakt, en die tijd heeft ook écht bestaan. Dat ze op haar achtennegentig niet helemaal doorhad dat de tijd inmiddels niet had stilgestaan, was niet alleen begrijpelijk; het was begot schattig. Vertederend zelfs.

Een geslacht van Omers dat stellingen uit hun gat staat te trekken over een deelsegment van hun eigen marktgebied, zonder nog maar de moeite te hebben gedaan er ooit eens een klapke mee te gaan doen, dat is niet schattig. Dat is niet vertederend. Dat is niet eens begrijpelijk. Dat is platte commerce van de ergste soort. Opportunistische cultural appropriation, in een zielige poging om een graantje mee te pikken van een deelmarkt die oprecht niét geïnteresseerd is in jullie zoveelste oerbrave, onoorspronkelijke en huichelachtige product. 

M’enfin zeg wat zijn me dat nu voor manieren”, zou ze gezegd hebben.
En als jullie haar hadden gekend hadden jullie nu met schaamrode wangen wat aan jullie slippen staan friemelen en, met een snik in de stem “Sorry Bobonne” zeggen.
We zullen het nooit meer doen.